GOOSSENS Egied Alfons
Naam: GOOSSENS Egied Alfons
Geboren te: Meerhout
Geboren op: 1882-03-07
Overleden te: Antwerpen, militair hospitaal
Overleden op: 1914-10-05
Burgerlijke stand: Gehuwd met Maria Francisca Boons
Laatst gekend adres: Meerhout, halfweg 3
Beroep: Hotelgarçon
Burgerlijke stand toestand 1910 |
Zoon van Karel Henri Goossens (geboren te Geel op 19 juni 1834, landbouwer) en Maria Elisabeth Bertels (geboren te Geel op 11 april 1827) Kinderen uit dit huwelijk: 1Maria Lucie Goossens, geboren te Meerhout op 8 juni 1867 2Henri Louis Goossens, geboren te Meerhout op 22 november 1870 3 Egied Alfons Goossens, geboren te, geboren te Meerhout op 7 maart 1882 |
Laatst gekend adres |
Meerhout, halfweg 3. Later verhuist hij naar Hoboken, Polderstraat 3 |
Beroep |
Hotelgarçon |
Datum van overlijden |
5 oktober 1914 |
Plaats van overlijden |
Antwerpen, militair hospitaal |
Begraafplaats |
1ste begraafplaats: Wilrijk, Schoonselhof (6 oktober 1914) |
Andere Gegevens |
Volgens zijn militair personeelsdossier heeft hij een lengte van 1,66 meter, een rond gezicht en blonde haren en snor. Hij is getrouwd te Meerhout op 23 september 1907 met Maria Francisca Boons, geboren te Meerhout op 28 augustus 1876. Kinderen uit dit huwelijk: 1 Maria Elisabeth Alfonsine, geboren te Antwerpen op 18 september 1910 2 Lucie Francisca Germaine, geboren te Antwerpen op 19 april 1914 In het militair personeelsdossier bevindt zich een handgeschreven verslag over de naoorlogse financiële toestand van de weduwe en haar twee dochters. Het verslag is opgesteld door ene Lejeune, gedemobiliseerde soldaat, op basis van een visitatie ter plaatse op 27, 28 en 29 mei 1920. De weduwe en twee dochters wonen op dat moment in Antwerpen, Lange Beeldekenstraat 193. In het verslag lezen we dat de weduwe sinds het uitbreken van de oorlog verstoken is van het loon van haar man, dat zij schat op 7 tot 10 frank per dag. Bij het begin van het bombardement op Antwerpen slaat het kleine gezin op de vlucht. Bij hun terugkeer stellen ze vast dat onbekenden hun hele huisraad kort en klein geslagen hebben en met alle kledij aan de haal zijn gegaan. Hetgeen neerkomt op een verlies van minstens 500 frank (volgens koers van 1914). Tijdens de oorlogsjaren kan de weduwe geen betaalde arbeid uitoefenen en is enkel aangewezen op de militie- en werkloosheidsuitkering. Pas in december 1919 ziet de weduwe kans om een handel in boter, eieren en kaas op te zetten. Ze bekomt hiervoor een lening van 1.000 frank van haar schoonzuster. Tijdens de bezoeken stelt Lejeune vast dat haar huidige woonst vervallen is , dat ze rond moet komen met een maandinkomen van 65 frank, aangevuld met 15 frank die ze krijgt van de onderverhuur van de mansarde en dat het gezin amper kledij of ondergoed heeft. Hij beveelt dan ook aan om de weduwe 500 frank uit te keren om haar financiële verplichtingen tegenover haar schoonzus na te komen en 500 frank om het gezin in staat te stellen kledij en ondergoed te kopen. |
Datum indiensttreding |
1 oktober 1903 |
|
Stamnummer |
50918 |
|
Graad |
Soldaat 2 kl VMP 1903 |
|
Regiment |
1 karabiniers, 1ste bataljon, 3de compagnie |
|
Militaire loopbaan
|
22 mei 1903: ingelijfd als premievrijwilliger. Dit is iemand die zich vrijwillig aanmeldt en dus niet moet loten. Hij krijgt hiervoor een eenmalige vergoeding van 300 frank. 1 oktober 1903: in actieve dienst 12 september 1905: ingelijfd als reservevrijwilliger (volontaire de réserve) 9 september 1913: einde aan zijn verbintenis als reservevrijwilliger 31 juli 1914: gemobiliseerd Omdat hij behoort tot een oudere lichting maakt hij geen deel uit van het veldleger, maar wordt hij ondergebracht bij de vestingtroepen Antwerpen 5 oktober 1914: overlijdt ten gevolge van verwondingen opgelopen tijdens de verdediging van de vesting Antwerpen |
|
Onderscheidingen |
Oorlogskruis (KB 19 januari 1921) Ridder in de Orde van Leopold II (KB 19 januari 1921) |
|
Gevechten waaraan deelgenomen |
Verdediging van Antwerpen (28 september tot 10 oktober 1914) |
|
Andere gegevens
|
Geen frontstrepen 29 januari 1908: de politierechtbank van Borgerhout veroordeelt hem tot een voorwaardelijke boete van 2 frank of 1 dag cel omdat bij ’s nachts rond reed op een onverlichte fiets. De wet van 28 augustus 1919 verleent hem hiervoor amnestie. Op 8 december 1920 zijn weduwe de vergoeding van het strijdersfonds aan. Voor de 3 maanden aan het front heeft hij recht op 225 frank strijdersbegiftiging. |
|
Documentatiecentrum KLM, Militair personeelsdossier
BRUSSEL, Instituut voor Veteranen, Fiches omgekomen soldaten Eerste Wereldoorlog, 14941, Goossens Egied.
Documentatiecentrum Meerhouts Patrimonium, gegevens bevolkingsregister 1910.
Documentatiecentrum Meerhouts Patrimonium, Collectie bidprentjes
Gemeentearchief Meerhout, Verzamelstaat der rechthebbenden op de vergelding in zake van Militie